Als er één ding gebleken is dit weekend: een Brink zonder blik en spotters is meer dan de moeite waard.

Om te kijken of er weer op een veilige manier evenementen georganiseerd kunnen worden, is er de afgelopen periode veel onderzoek gedaan. De resultaten zijn zeer binnenkort beschikbaar en geven de evenementenmakers en de evenementenliefhebbers weer wat hoop.

Maar veel belangrijker; uit het (ongeplande) onderzoek naar een autoluw Larens centrum is dit weekend al een slag geslagen en is een conclusie te trekken. Dankzij de inzet van de politie en een flink aantal boa’s is een heerlijk rustige Brink waar fietsers en voetgangers de overhand hebben heel goed mogelijk. Gewoon het autoverkeer een beetje reguleren, de fotograferende pubers ontmoedigen en het dorp is een plaatje.

Maar waarom alleen in het weekend? Dat kan ongetwijfeld ook op de andere dagen. Het autoverkeer beperken door de dorpenroute te beperken, het langzaam verkeer te bevorderen en het bezoek aan ons mooie dorp door de bezoekers mee laten betalen.

Veel van het verkeer door het centrum is onderweg naar Blaricum of Eemnes. Het ontmoedigen van de dorpenroute zou de verkeersdrukte kunnen beperken. Het aanmoedigen van het gebruik van de route over de Boissevainweg voor het Blaricumse verkeer en de afslag van de A27 voor het Eemnesser verkeer zijn belangrijke mogelijkheden.

Auto’s blijven natuurlijk (een beetje) welkom maar zijn dan echt te gast. Dat wil zeggen dat voetgangers en fietsers altijd voorrang hebben. Van de stilstaande auto’s gaan de bestuurders betalen voor de beperkte in beslag genomen ruimte.

Ik gun de autospottertjes natuurlijk hun …. puberdroompjes en de blikkenpoetsers hun zo enorm gewenste bewonderende blikken. Maar wat ons betreft zoeken ze daarvoor een andere plek en richten we het dorp meer in op cultuur en klasse.

Dat het kan is gebleken dankzij de spottertjes. En het ruikt naar meer.